10 Natuurvriendelijke oever

Door een geleidelijk aflopende overgang te maken van land naar water, ontstaat een natuurvriendelijke oever met een ondiepe laag water. Hierin kunnen diverse waterplanten zich goed ontwikkelen.

Voor vissen als bittervoorn en grote modderkruiper zijn deze waterplanten belangrijk voor de voortplanting en om voedsel te vinden, maar ook als schuilgelegenheid voor jonge vissen. Ook weidevogelkuikens hebben baat bij natuurvriendelijke oevers: ondanks dat ze goed kunnen zwemmen, zijn de reguliere taluds vaak te steil om weer op het land te kunnen komen.

Natuurvriendelijke oevers zijn ook gunstig voor de waterkwaliteit: ze helpen tegen de uitspoeling van nutriënten vanuit het aangrenzende perceel.

Beheereisen

Een natuurvriendelijke oever heeft een talud van 1:5.Dit pakket kan niet in combinatie met pakket 12b/12c.
De natuurvriendelijke oever moet éénmaal per twee à drie jaar worden geschoond, in mozaïekvorm, d.w.z. ieder jaar een ander deel: dus jaarlijks 33-50%.
Het maaien en schonen van de watervegetatie gebeurt in de periode van 15 september tot 1 november.
Maaisel moet worden afgevoerd binnen ongeveer een week na het maaien of minimaal 1 meter buiten de beheereenheid worden gedeponeerd.
Bij een aanliggende botanische weiderand (pakket 13c) brengt u het maaisel buiten de weiderand òp het perceel of u voert het maaisel direct af.
De beheereenheid mag niet worden beweid.
Bij beweiding op het aanliggende perceel, wordt de natuurvriendelijke oever uitgerasterd. Dit om vertrapping van de slootkant tegen te gaan.
De beheereenheid mag niet worden bemest.
Gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is slechts toegestaan voor pleksgewijze bestrijding van haarden van akkerdistel, ridderzuring, Jacobskruiskruid en brandnetel en op maximaal 10% van de beheereenheid.
Om verlanding tegen te gaan, moet een oeverzone één keer per acht jaar worden uitgekrabd tot een diepte van 10-25 cm. Onder de waterlijn afgestorven plantenresten, bladeren en bagger worden dan weggehaald.
Nieuw aangelegde natuurvriendelijke oevers hoeven de eerste jaren vaak minder gemaaid te worden, zodat de vegetatie zich goed kan ontwikkelen. Voorkom wel de opslag van bomen zoals wilgen en elzen. Trek regelmatig (één keer per jaar) jonge boompjes uit de oever.

Aanvullende informatie

Wanneer het beheer in de vorm van schonen en of maaien heeft plaatsgevonden en het maaiafval is verwijderd, moet dit binnen zeven dagen bij het collectief worden gemeld, via mijnboerennatuur.nl